INGREDIËNTEN
(voor 10 personen)
375 gram ganzenlever
375 gram munster
zwarte peper
rietsuiker
10 sneetjes brioche brood
boter
5 stronken witlof
3 scheuten sherry azijn
3 el honing
BEREIDING:
Snij de ganzenlever en de munster in gelijkmatige dunne plakken (stand 8 op de snijmachine)
Leg de plakken munster op een vel slagersfolie, netjes en strak tegen elkaar aan.
Leg hier bovenop de gesneden ganzenlever en rol deze lichtjes aan met een deegroller.
Maal hierover wat zwarte peper en rol dit met behulp van het folie tot een strakke rol.
Laat de rol opstijven in de koelkast.
Snij het brioche brood in plakken.
Steek hier met een steker een rondje uit waarin de “marmer” van lever en munster past.
De witlof heel fijn snijden en deze in een beetje boter op laag vuur door en door gaar laten worden.
Op het laatste de honing en sherry azijn toevoegen en het geheel licht laten karamelliseren.
Laat de witlof afkoelen.
Serveren
Snij een plak van de lever-munster rol van ongeveer 1,5cm dik. Bestrooi de plak met rietsuiker en brand met behulp van een gasbrander dit mooi egaal en goudbruin af. `bestrijk het brioche brood licht met boter en toast deze onder een hete gril (of in een droge koekenpan). Leg de gebrande plak in het midden van het bord en leg de brioche er omheen. Het uitgestoken rondje getoast brioche ernaast leggen en hierop een quenelle van de witlofcompote maken. Serveer het gerecht direct.
Opmerking / aanvulling
INGREDIËNTEN VOOR 10 PERSONEN
Saus:
5 dl gewurstraminer
2,5 dl riesling
8 dl visfond
7,5 dl room
200 gram koude roomboter
Garnituur:
5 rode bieten
3 winterwortels
5 meiknollen
2 courgette
Forel:
10 Zalmforel filets
Saus:
Doe de Gewurztraminer en de riesling met de visfond in een sauspan. Breng dit aan de kook en kook het in tot een licht stroperige massa. Voeg de room toe en kook opnieuw in tot licht gebonden massa. Breng op smaak met zout en peper en monteer met roomboter.
Garnituur:
Maak 3 klein bolletjes of plakjes of blokjes of…. per persoon per garnituur. Blancheer de groenten of doe er iets anders mee en houd ze warm.
Serveren:
Leg zalmforel filet op ovenschaal, giet saus erover en zet 2 à 3 minuten onder hete salamander of grill. Garneer de borden.
Opmerking / aanvulling
INGREDIËNTEN VOOR 10 PERSONEN
1000 gram snoekfilet (liefst riviersnoek)
1250 gram spinazie
grove mosterd
500 gram champignons/oesterzwammen
3 sjalotten
500 gram boter
750 ml room
1,25 glas witte wijn
worstdarm (40 worstjes van 6 cm)
BEREIDING:
Pureer de visfilets in een keukenmachine of met de mixer samen met 150 gram boter. Voeg de room toe en meng nog een keer. Voeg peper en zout naar smaak toe. Zet apart.
Hak de paddenstoelen fijn. Voeg een snufje fijngehakte sjalot peper en zout toe. Zet even aan met wat boter. Laat afkoelen. Maak de spinaziebladeren schoon en laat ze slinken in wat boter. Voeg peper en zout toe en laat afkoelen.
Doe de paddenstoelen bij de vis puree. Gebruik een spuitzak om de worstjes te maken. Laat voor de mosterdsaus het fijngehakte sjalotje smoren in de witte wijn totdat de vloeistof is verdampt. Roer er 200gram boter door heen. Voeg de grove mosterd toe en eventueel peper en zout.
Klaar de rest van de boter. Bak de snoekworstjes in een pan met anti-aanbaklaag in geklaarde boter, 7 a 8 minuten. Keer de worstjes bij halve kooktijd.
Schik de worstjes op voorverwarmde borden, versier met spinaziebladeren en giet de saus erover.
Opmerking / aanvulling
INGREDIËNTEN VOOR 10 PERSONEN
Speenvarken:
2,5 kg speenvarkenbout met zwoerd
Peper en zout
Glacering:
750 ml sinasappelsap
1 dl honing
10 gram citroentijm
10 gram rozemarijn
10 gram marjolein
500 gram suiker
200 gram sjalotten
Peper en zout
Zuurkool:
1 kg wijnzuurkool
100 gram gerookte buikspek
250 gram uien
5 dl riesling
2,5 dl appelsap
2 appels
2,5 dl gevogelte fond
1 el mosterdzaad
3 kruidnagel
3 laurierblaadjes
3 jeneverbessen
15 peperkorrels
3 aardappelen
suiker
Peper en zout
VOORBEREIDING:
Speenvarken:
Snijd het zwoerd van de speenvarkenbout op diverse plaatsen in en braad de bout aan alle kanten aan. Leg hem in op de kant van het bot en vervolgens 30 minuten in een oven van 180 graden.
Glacering:
Maak de fond voor de glacering door het sinaasappelsap aan de kook te brengen met suiker, honing, sjalotten en de kruiden. Kook in tot er een siroop ontstaat. Haal het speenvarken uit de oven en laat het afkoelen. Bestrijk de bout met de siroop en zet ze terug in een lauwe oven. Laat 60 minuten in de oven en lak nog minstens 3 tot 4 keer.
Zuurkool:
Was de zuurkool in koud water en laat uitlekken. Laat de uien en het gerookte spek zweten in een pan maar niet kleuren. Voeg de gesneden appel. Riesling, appelsap en fond toe. Doe de kruiden in builtje en laat het geheel zacht stoven tot het gaar is.
Aardappel:
Rasp de aardappel. Verwijder buikspek en kruidenbuiltje en voeg aardappel toe aan zuurkool en breng op smaak met suiker, peper en zout.
Opmerking / aanvulling
INGREDIËNTEN VOOR 10 PERSONEN
Deeg
125 g suiker
375 g bloem
250 g roomboter
Crème
150 ml Riesling
150 ml Grains Nobles
3 eieren
2 eidooiers
100 g suiker
karamelsaus
100 g suiker
3 eierdooiers
350 ml slagroom
Druiven
1 pond pitloze druiven
1 potje abrikozenconfiture
Gelei
200 ml Grains Nobles
40 g suiker
5 g taartgeleipoeder
IJs
350 ml Grains Nobles
75 g suiker
3 eidooiers
100 g roomboter ???
Deeg
Een deeg maken van de voorgeschreven ingrediënten en een grote vorm of een paar kleintjes bekleden met het deeg. In een voorverwarmde oven op 150 graden baken. Uit oven nemen, laten afkoelen en met abrikozenconfiture bestrijken zodat de bodem niet doorlaat.
Crème en karamelsaus
Voor de crème de beide wijnsoorten mengen. De eieren en de dooiers met suiker kloppen. Alles goed doorroeren en tot 50 graden verhitten en de wijn crème op de taartbodem gieten. In een voorverwarmde oven van 150 graden bakken tot de massa is gestold. De karamelsaus van de aangegeven ingrediënten bereiden en opzij zetten.
Druiven en gelei
De druiven pellen. Maak gelei van grains nobles wijn. Bedek de creme met druiven en giet de gelei erover uit.
IJs
Kook de wijn met de suiker. Voeg al roerend de geklopte eidooiers toe, de koude boter ??? en verwarm tot 80 graden. Na afkoelen het ijs draaien.
Serveren
Plaats een taart puntje met daarnaast een quenelle van ijs en giet hierover de karamelsaus.
Opmerking / aanvulling